Programma-archief 2011  
zondag 9 januari 2011

Nieuwjaarsduik


vrijdag 4 maart 2011

Festival Nieuwe Muziek: Open performance site


zaterdag 5 maart 2011

Festival Nieuwe Muziek: Isala


zaterdag 5 maart 2011

Festival Nieuwe Muziek: Schnittke: Concert voor koor en orgelwerken


zondag 6 maart 2011

Festival Nieuwe Muziek: Vesper met Magnificat van Jan Hage


zondag 6 maart 2011

Festival Nieuwe Muziek: Waves


vrijdag 1 juli 2011

Festival Oude Muziek: Der Friede sei mit dir


zaterdag 2 juli 2011

Festival Oude Muziek: Lauden (gregoriaans)


zaterdag 2 juli 2011

Festival Oude Muziek: Koffieconcert met Menno van Delft, clavicord


zaterdag 2 juli 2011

Festival Oude Muziek: - Bach om het uur, beiaard en orgel


zaterdag 2 juli 2011

Festival Oude Muziek: De weg terug, orgelmuziek bewerkt


zondag 3 juli 2011

Festival Oude Muziek: Lauden (gregoriaans)


zondag 3 juli 2011

Festival Oude Muziek: Beiaardbespeling door Rosemarie Seuntiëns


zondag 3 juli 2011

Festival Oude Muziek: De Cola-cantate van Bach


zondag 3 juli 2011

Festival Oude Muziek: Vesper


zondag 3 juli 2011

Festival Oude Muziek: Slotconcert


zaterdag 6 augustus 2011

Orgelconcert Rienk Bakker


zaterdag 13 augustus 2011

Orgelconcert Bas de Vroome


zaterdag 20 augustus 2011

Orgelconcert Ko Zwanenburg


zaterdag 27 augustus 2011

Orgelconcert Jos van der Kooy


zaterdag 3 september 2011

Orgelconcert Berry van Berkum


zondag 4 september 2011

Uitfeest en Bachcantatedienst


zaterdag 10 september 2011

Orgel- en Monumentendag



Nicolaiconcert

De Stichting Culturele Evenementen Nicolaikerk presenteert de Nicolaiconcerten.


Kaartverkoop vindt vanaf een half uur voor aanvang van het concert plaats bij de ingang van de Nicolaïkerk. De concerten duren ongeveer 45 minuten.

Het actuele programma is te vinden in de Agenda.

De Nicolaikerk is gelegen aan het Nicolaaskerkhof in de zuidelijke binnenstad van Utrecht (Zie Stadsplattegrond Utrecht).


 


zondag 3 juli 2011 20:30 uur - Nicolaïkerk


zondag 3 juli 2011
20:30 uur - Nicolaïkerk

Festival Oude Muziek: Slotconcert

Parnassus Ensemble

Consensus Vocalis

Brigitte van Hagen-sopraan
Sara Klein Horsman-alt
Emile van der Peet-tenor
Bert van de Wetering-bas
Ko Zwanenburg-orgel


Parnassus ensemble en Consencus Vocalis o.l.v . Klaas Stok
M.m.v. Ko Zwanenburg, orgel
Werken van Hellendael, Concerto grosso en Bach, Cantate 'Meine Seele erhebt den Herrn' (BWV 10) en Mis in g BWV 235
Toegang € 15,-/ € 12,50 (CJP/Pas 65/U-pas)/ € 7,50 (studenten) / € 25,- (studenten)


Pieter Hellendaal
Concerto Grosso in d kl.t., op.3 nr.2

Johann Sebastian Bach
Cantate 'Meine Seele erhebt den Herren', BWV 10

PAUZE

Johann Sebastian Bach
- Fantasie en fuga in g kl.t., BWV 542
- Mis in g kl.t., BWV 235


Toelichting
De in Rotterdam geboren componist Pieter Hellendaal (1721) heeft een groot deel van zijn leven doorgebracht in Engeland, waar hij onder andere als organist van het St. Peters College te Cambridge tot aan zijn dood in 1799 werkzaam was. Zijn composities (viool-en cellosonates, triosonates en concerti grossi) worden gekenmerkt door een eenvoudige, doch vitale thematiek en een goed doorwerkte polyfonie. De beïnvloeding door met name G.F. Händel is onmiskenbaar. In het Concerto grosso, een muzikale vorm die Händel vanuit het vasteland van Europa in Engeland introduceerde, valt vooral de afwisseling tussen volledig orkest (grosso) en de solistengroep op. Hellendaal voert in zijn Concerto grosso in d een strijkkwartet als solistengroep ten tonele, met veel echo-effecten en soms virtuoze solistische passages.
Een mooi voorbeeld van goed gecomponeerde, plezierige, onpretentieuze muziek.

Cantate BWV 10, voor het eerst uitgevoerd in Leipzig op 2 juli (!) 1724 wordt merkwaardigerwijs niet vaak gespeeld. Toch is het een 'volwassen cantate' met een mooie rol voor het koor (opening en slotkoraal) , met fraaie solo-aria's voor sopraan en bas, met twee schitterende tenor-recitatieven en een prachtig duet. (Alt en tenor). De 'tekstuitbeelding', zo typerend voor Bach, is ook in deze cantate weer op veel plaatsen waarneembaar. Let bijvoorbeeld eens op de manier waarop in de basaria het woord 'Schwefelpfuhl' (zwavelpoel: metafoor voor de hel) wordt neergezet via uiterst lage tonen in cello en zangstem, of op het feit dat de sopraanaria hoog begint op de tekst 'Herr, der du stark und mächtig bist, Gott, dessen Name heilig ist' maar vervolgens afdaalt via de daarop volgende tekst ('Du siehest mich Elenden an').

De Fantasie en fuga in g is één van de grootste creaties uit de orgelliteratuur van Bach. Het werk stamt vermoedelijk uit circa 1720, de tijd dat Bach in Cöthen werkzaam was. De fantasie en de fuga zijn in meerdere manuscripten, los van elkaar, overgeleverd en waarschijnlijk gecomponeerd voor verschillende gelegenheden. Virtuose passages worden in de fantasie afgewisseld met opeenvolgende akkoorden, die moduleren, d.w.z. van de ene toonsoort in de andere overgaan. Deze spannende harmonieën getuigen van een ongehoorde durf en kracht en maken een overrompelende indruk. Het bekende fugathema is waarschijnlijk afkomstig van een Nederlands volkslied uit de het begin van de 18e eeuw. De schitterende opbouw met een ongehoorde uitwerking en het swingende ritme maken dit stuk tot één van de monumentaalste orgelwerken uit de orgelliteratuur.

De Mis in g bestaat, zoals dat bij meerdere missen van Bach het geval is, uit slechts een Kyrie en een Gloria. Credo, Sanctus en Agnus Dei, de overige drie vaste gezangen uit de katholieke eredienst, zijn niet toongezet. Een echte Missa brevis dus.
Ook bij deze mis houdt Bach vast aan een zesdelige vorm, te weten: drie aria's en drie koren. In dit werk maakt Bach veelvuldig gebruik van materiaal dat al eerder door hem werd gecomponeerd; hij parodieert zichzelf (iets wat hij overigens vaak deed).
Zo leent hij uit Cantate 102 het openingskoor en hergebruikt dit voor het Kyrie in deze mis en doet het Gloria wel heel erg sterk denken aan het openingskoor van Cantate 72. Ook Cantate 187 komt veelvuldig langs. Het hergebruiken en bewerken van bestaand materiaal (van zichzelf, maar soms ook van andere componisten) had overigens in Bachs tijd geen enkele negatieve connotatie. Integendeel. Het hoorde bij het metier van een componist die veel (gebruiks-) muziek moest schrijven.


Biografieën
Het Parnassus Ensemble geeft al vele jaren concerten, alleen of in samenwerking met koren. Omdat de ambities verder reiken dan alleen het verzorgen van koorbegeleidingen is in 2004 besloten het ensemble onder te brengen in een stichting en concerten te geven in eigen beheer. Nu brengt het ensemble drie keer per jaar onder leiding van Klaas Stok een programma met een Bachcantate (vaak samen met koor Consensus Vocalis) en een soloconcert met een gerenommeerd solist of een ander instrumentaal werk. Het eerst seizoen bracht het ensemble deze programma's al in Arnhem, Zutphen, Oldenzaal en Utrecht. De concerten waren een succes en de reacties waren enthousiast. Het Parnassus Ensemble blijft zich ondertussen met overtuiging inzetten voor het begeleiden van andere koren.

Consensus Vocalis is een semi-professioneel koor dat voortkomt uit de Stichting Twentse Matthäus Passion te Oldenzaal. Het koor heeft sinds zijn ontstaan rond 1990 een naam opgebouwd met uitvoeringen van de grote werken van Johann Sebastian Bach: Matthäus-Passion, Weihnachts Oratorium, Hohe Messe en Johannes-Passion. Vooral in de periode vanaf 2000 heeft Consensus Vocalis zijn repertoire belangrijk uitgebreid, met name in samenwerking met het Orkest van het Oosten. Met verschillende dirigenten, onder wie Jaap van Zweden en Klaas Stok, werden werken uitgevoerd als het Requiem van Mozart, Sieben letzten Worte van Haydn en Ein deutsches Requiem van Brahms. Op 1 maart 2009 werkte Consensus Vocalis voor het eerst samen met het Valerius Ensemble in een programma dat werd gedirigeerd door Klaas Stok met muziek uit de romantiek voor koor en strijkers van Schubert, Brahms, Cornelius en Reinecke. In januari 2010 werd Die Fledermaus van Johann Strauss uitgevoerd met het Orkest van het Oosten onder leiding van Jan Willem de Vriend in de regie van Elsina Jansen.

De sopraan Brigitte van Hagen (1986) studeerde bij Lodewijk Meeuwsen en Riekje Bakker aan het ArtEZ Conservatorium. Daarnaast volgde ze masterclasses bij onder anderen Barbara Bonney, Michael Chance en Barbara Hannigan. In 2008 sloot zij haar bachelorstudie succesvol af en momenteel vervolgt ze haar studie bij Roberta Alexander aan het Codarts Conservatorium in Rotterdam. Zij zong operarollen als de ijdeltuit in De kleine prins van Hajo Boerema en Susanna in Le Nozze di Figaro van Mozart onder leiding van Tilo Lehmann. In april 2007 nam ze deel aan het internationale kamermuziekfestival Mustufe. Daarnaast zat Brigitte in een vocaal kwartet dat composities uitvoerde van Cees Thissen op teksten van Leo Divendal tijdens verschillende concerten in Frankrijk en Nederland. In seizoen 2011-12 zal het kwartet met ditzelfde programma een tournee maken door Nederland, België en Amerika. Met pianist Jan van Wijk vormt ze een duo en geeft ze regelmatig recitals op verschillende podia in Nederland.

Mezzosopraan Sara Klein Horsman (1986) behaalde in mei 2009 haar bachelordiploma aan het ArtEZ conservatorium te Zwolle. Tijdens haar bacheloropleiding studeerde ze bij Riekje Bakker. Sinds september 2009 volgt zij een masteropleiding van het ArtEZ conservatorium bij Harry van Berne. Sara vormt een vast duo met pianiste Anouk de Jong. Het duo wordt gecoacht door Rudolf Jansen en Marien van Nieuwkerken. Naast haar activiteiten als liedzangeres soleert Sara regelmatig bij verschillende koren en zingt ze in vocale ensembles als Capella Isalana en Consensus Vocalis onder leiding van Klaas Stok. Sara zong met een vocaal kwartet composities van Cees Thissen op teksten van Leo Divendal tijdens verschillende concerten in Frankrijk en Nederland. In oktober 2007 won ze de tweede prijs bij het Euregio Vocalisten Concours en tijdens haar afstudeerperiode aan het conservatorium werd Sara genomineerd voor de Vriendenprijs (mede mogelijk gemaakt door de Stichting Vrienden van het Conservatorium) en behaalde ze de tweede plaats.

Emile van der Peet (1967) studeerde zowel klassiek saxofoon als solozang aan het conservatorium van Maastricht. Daarvoor was hij korte tijd werkzaam als promovendus na te zijn afgestudeerd in medische biologie. Hij wordt momenteel gecoacht door de zangpedagoge Paula de Wit. Emile van der Peet was te horen als tenor-solist in werken als de Johannes-Passion van Schütz, de Nederlandse première van Boetepsalmen van Schnittke, Otcenàs van Janácek en de Lukaspassie van Antoine Oomen onder leiding van de componist zelf. Daarnaast vertolkte hij Bill in Barbers Four Hands of Bridge zowel bij Het Kameroperaproject als bij Opera Minora. Emile van der Peet is dit jaar verschillende keren te horen in opera-recitals met de sopraan Kathelijn van Dongen, de mezzosopraan Els van der Waard en de bas Coert van den Berg. Ook geeft hij regelmatig recitals met pianist Frans van Tuijl en bas Coert van den Berg.

Bert van de Wetering (bas/bariton) studeerde aan het conservatorium te Zwolle bij Lodewijk Meeuwsen, waar hij in 2007 zijn eindexamen met succes heeft behaald. Tijdens zijn studie volgde hij ook lessen bij Max van Egmond. Hierna is Bert verder gaan studeren bij Jasper Schweppe en momenteel volgt hij zanglessen bij Frans Fiselier. Daarnaast nam hij deel aan masterclasses van Michael Chance, Beryl Foster, David Wilson Johnson, Roberta Alexander en Rudolf Jansen. Op zijn repertoire staan onder andere diverse werken van J.S. Bach, The Messiah van Händel, verschillende missen van Haydn en de Petite Messe Solennelle van Rossini. Ook vertolkte Bert de rol van 'Aeneas' in Purcell's Dido and Aeneas en de rol van Figaro in Le nozze di Figaro van Mozart. Dit jaar maakte Bert zijn solistische debuut in het Amsterdamse Concertgebouw met de Christuspartij in de Matthäus-Passion van Bach. Met zijn broer Geerten als organist vormt hij al enige jaren een duo en verzorgt hij regelmatig concerten. Hij heeft als rempla?ant een aantal projecten gezongen bij het Groot Omroepkoor. Verder is hij als koorzanger verbonden aan het professionele kamerkoor Capella Isalana onder leiding van Klaas Stok en Cappella Neerlandica onder leiding van Harm Jansen.

Ko Zwanenburg studeerde aan het Nederlands Instituut voor Kerkmuziek te Utrecht piano bij Theo Saris en orgel bij Elly Kooiman en Kees de Wijs. Aan het Utrechts Conservatorium behaalde hij het diploma Uitvoerend Musicus Orgel, zijn docent was Jan Welmers. Bij Bert Matter volgde hij een cursus improvisatie. Zijn studie werd bekroond met een eervolle vermelding voor het uitvoeren van 20e eeuwse muziek. Ko Zwanenburg is een warm pleitbezorger van nieuwe Nederlandse orgelmuziek. Hij speelde onder andere nieuwe orgelwerken van Joep Straesser, Wim de Ruiter, Jan Welmers, Berry van Berkum, Daan Manneke en Jacques Bank. Hij trad tijdens het Klankkleurenfestival op met de Rotterdam Brass Soloists en de slagwerker Fredrike de Winter in het werk OKS van Wim de Ruiter. Naast het geven van concerten en het begeleiden van solisten en koren is Ko Zwanenburg werkzaam als docent orgel en piano. Sinds 2004 is hij cantor-organist van de Nicolaïkerk in Utrecht.



 

Top


[Home]