zaterdag 5 maart 2011 | 20.30 uur - Nicolaïkerk |
zaterdag 5 maart 2011 |
20.30 uur - Nicolaïkerk |
Festival Nieuwe Muziek: Schnittke: Concert voor koor en orgelwerken
| Van vrijdag 4 maart tot en met zondag 6 maart 2011: Festival Nieuwe Muziek in de Klaas Na een succesvolle try-out in 2010 heeft de serie NicolaiConcerten besloten definitief over te stappen van een maandelijkse concertserie naar een tweetal festivals per jaar |
Programma & toelichting
Met het Concert voor Koor staat Schnittke in een rijke traditie van sacrale Oost-Europese koorconcerten. De tekst van het Concert is het derde gebed (van de 95) uit Het Boek van de Treurzangen van de Armeense monnik en dichter Gregor Narekatsi (951-1003). Schnittke volgt de Russische vertaling die het gebed in vier gedichten opdeelt. Als eerste componeerde hij deel drie (1984) en na een succesvolle ontvangst toonzette hij ook de andere drie gedichten (1985). In het eerste deel wordt God geportretteerd. Het tweede deel legt uit dat deze tekst voor iedereen is, voor de rechtschapene en voor de zondige. In het derde deel bidt de dichter voor het zielenheil van de lezer en in het laatste deel bidt hij dat er helende kracht van zijn tekst mag uitgaan. Schnittke zoekt in zijn Concert naar een sterke verbondenheid tussen de religieuze tekst en de muziek. Hij laat ritmiek, dynamiek en klankkleur ontstaan vanuit de tekstintentie, zoals ook Bach - door Schnittke zeer geliefd - dat in zijn passies etaleerde. En net als Rachmaninov laat ook Schnittke zich inspireren door oude Russisch-Orthodoxe melodieën zonder ze echter letterlijk te citeren.
Hij verweeft de vaak simpele melodielijnen met zijn eigen herkenbare gebruik van chromatiek, clusters en dissonanten. Woordbetekenissen en tegenstelling worden onderstreept door opvallende mineur-majeur schakelingen vaak veroorzaakt door subtiele stemverschuivingen. De 'plotseling overvallende dodelijke angst en twijfel' (deel drie) toonzet Schnittke met veel dalende chromatiek in alle stempartijen. Dynamische ontwikkelingen van fluisterzacht tot overweldigend forte vertolken de ontlading van meditatieve momenten in grote klankuitbarstingen. Deel vier eindigt tenslotte, naar de aard van de tekst, in een groot weldadig uitgesponnen amen.
.
Uitvoerenden
Oost-Nederlands Kamerkoor en Kamerkoor Musica Vocale o.l.v. Rob Vermeulen, Ko Zwanenburg, orgel
Rob Vermeulen is sinds 1993 dirigent van het Oost Nederlands Kamerkoor. Hij is, naast zijn docentschap aan de Hogescholen voor de Kunsten in Arnhem en Utrecht, tevens dirigent van Musica Vocale uit Wageningen, het Bachkoor Nijmegen en het Nederlands Concertkoor uit Amsterdam. Daarnaast is hij dirigent en artistiek leider van Projektorkest Twintigste Eeuw waarmee hij vooral grote orkestwerken van na 1900 uitvoert, zoals Bartoks Wonderbaarlijke mandarijn en symfonieën van Prokofiev, Shostakovisch en Nielsen. Rob Vermeulen studeerde aan de conservatoria van Arnhem en Rotterdam, waar hij onder meer het einddiploma koordirectie behaalde. Na zijn studie volgde hij masterclasses koor- en orkestdirectie onder meer bij John Eliot Gardiner, Uwe Gronostay, Edward Downes en Ferdinand Leitner.
Het Oost-Nederlands Kamerkoor bestaat uit ruim 30 zangers en zangeressen en zingt repertoire vanaf de renaisssance tot de 21e eeuw. Het koor stelt hoge eisen aan zichzelf en werkt voortdurend aan het handhaven en versterken van een hoog kwaliteitsniveau. De thuisbasis van het Oost-Nederlands kamerkoor is de Catharinakerk in Doetinchem. Het koor treedt op in vele plaatsen in Oost-Nederland maar daarnaast ook in Bocholt, Münster, Osnabrück, Halle en Weimar.
Ko Zwanenburg studeerde aan het NederlandsInstituut voor Kerkmuziek te Utrecht piano bij Theo Saris en orgel bij Elly Kooiman en Kees de Wijs. Aan het Utrechts Conservatorium behaalde hij het diploma Uitvoerend Musicus Orgel, zijn docent was Jan Welmers. Bij Bert Matter volgde hij een cursus improvisatie. Zijn studie werd bekroond met een eervolle vermelding voor het uitvoeren van 20e eeuwse muziek. Ko Zwanenburg is een warm pleitbezorger van nieuwe Nederlandse orgelmuziek. Hij speelde onder andere nieuwe orgelwerken van Joep Straesser, Wim de Ruiter, Jan Welmers, Berry van Berkum, Daan Manneke en Jacques Bank. Hij trad o.a. tijdens het Klankkleurenfestival op met de Rotterdam Brass Soloists en de slagwerker Fredrike de Winter in het werk OKS van Wim de Ruiter. Naast het geven van concerten en het begeleiden van solisten en koren is Ko Zwanenburg werkzaam als docent orgel en piano. Sinds 2004 is hij cantor-organist van de Nicolaïkerk in Utrecht
Componist
Alfred Schnittke (1934-1998) werd geboren in Engels, destijds de hoofdstad van de Wolga-Duitse Autonome Socialistische Sovjetrepubliek. Schnittkes vader was een in Duitsland opgegroeide joodse journalist en zijn katholieke moeder was Wolgaduitse. Van 1946 tot 1948 woonde de familie in Wenen waar Schnittke zijn eerste muziekonderwijs kreeg. Daarna verhuisde de familie naar Moskou waar Schnittke van 1953 tot 1958 compositie studeerde aan het conservatorium. In zijn beginjaren volgde Schnittke de na-oorlogse moderne en avant-gardistische compositiestijl uit West-Europa; een stijl die vernieuwing zocht door het traditionele te negeren. Deze stijl werd gewraakt door de officiële componistenbond en Schnittke ondervond veel tegenwerking. Waar de 'stichters' van het modernisme - componisten als Schönberg, Boulez en Xenakis - niet van hun strikte compositiestijl afweken maakte Schnittke, net als bijvoorbeeld Arvo Pärt, in het begin van de jaren zeventig een ommezwaai naar wat later met postmodernisme is aangeduid. Schnittke zelf noemde zijn nieuwe werkwijze polystilistiek: het vermengen van muziekcitaten en nabootsingen van stijlen en genres uit het verleden met als doel een stijldiversiteit die het beste van alle stijlen combineert. Schnittkes wending was een schok voor veel jonge Russische componisten die een groot respect en geloof hadden in alles wat Schnittke deed. Schnittke zelf motiveerde zijn wending vanuit het gevoel dat de sterk rationele moderne compositiestijl hem geen betere muziek opleverde zoals hij daar eerst wel in geloofde. Met deze stijlverandering kreeg Schnittke een grote groep nieuwe bewonderaars en aanhangers; hij werd toegelaten tot de componistenbond, zijn concerten waren vaak uitverkocht, maar de Lenin Prijs van 1991 weigerde hij. Tijdens zijn hele leven heeft Schnittke veel koormuziek geschreven - uiteindelijke meer sacrale dan wereldlijke - te beginnen met zijn Drie koren (1954-55), en eindigend met Lux Aeterna waar hij in 1994 aan begon en dat Rozdenstvensky completeerde op basis van Schittkes schetsen. Na zijn eerste hartaanval in 1985 verhoogde Schnittke zijn productiviteit nog enorm, alsof hij haast had om nog zoveel mogelijk te componeren. Dirigent Rob Vermeulen die hem begin jaren negentig naar een aantal bijzonderheden over het Concert voor Koor vroeg, kreeg dan ook als antwoord: ?Ik heb het opgeschreven, nu is het aan de uitvoerenden om ermee te doen wat zij moeten doen?. Schnittke richtte zijn energie al weer op nieuwe composities
Bekijk de foto's van dit concert
Top
[Home]